Nederland wilt het Europees douanekantoor, maar er zijn concurrenten
De EU wil de instroom van goedkope, vaak ondermaatse pakketten uit niet-EU-landen beteugelen door strengere invoervoorschriften en vooral door de oprichting van een Europese douane autoriteit.
Het nieuwe kantoor, dat naar verwachting ongeveer 250 banen zal opleveren, heeft tot doel de informatie over alle inkomende zendingen te consolideren, de samenwerking tussen de douaneautoriteiten van de 27 lidstaten te verbeteren en zo meer gerichte risicoanalyses en inspecties mogelijk te maken.
Nederland zet zich in om het agentschap in Den Haag te vestigen en start vandaag een lobbycampagne met een formele presentatie in de Nederlandse EU-ambassade in Brussel.
De vertrekkende staatssecretaris Heijnen benadrukt de voordelen van de Nederlandse douane en het logistieke kader: huisvesting en internationale scholen voor personeel, naast de belangrijkste havens van Rotterdam en Schiphol, waar ongeveer een derde van alle goederen die de EU binnenkomen, wordt verwerkt.
De andere acht kandidaat-lidstaten zijn: Frankrijk, Spanje, Portugal, Kroatië, Italië, Polen, Roemenië en België.
Producten voldoen niet aan veiligheids- en milieunormen
De reden voor de Europese interventie is duidelijk: consumenten kochten vorig jaar ongeveer 4,6 miljard artikelen van lage kwaliteit (met een prijs van minder dan 150 euro), wat twee keer zoveel is als het jaar ervoor. Bovendien was meer dan 90 procent van deze leveringen afkomstig uit China via platforms zoals Temu, AliExpress en Shein.
Regelgevende instanties waarschuwen dat talrijke producten niet voldoen aan de veiligheids- en milieunormen van de EU en vrijwel onmogelijk volledig te controleren zijn.
Naast het agentschap stelt de Commissie beleidswijzigingen voor: de bestaande vrijstelling van invoerrechten voor pakketten met een waarde van minder dan 150 euro zou worden afgeschaft en er wordt overwogen om een extra administratieve vergoeding van ongeveer 2 euro per zending in te voeren.
Het doel is om leveranciers te motiveren om grotere, consistentere zendingen te leveren – eenvoudiger en efficiënter voor douanecontroles en gunstig voor het klantenbeheer.
Europese instellingen en lidstaten blijven discussiëren over de precieze regelgeving en de selectie van locaties.
Parlementair onderhandelaar Dirk Gotink vat de kwestie bondig samen: “De hoeveelheid afval die momenteel de EU binnenkomt, is verbazingwekkend.” Nederland wil de EMA, net als in 2017, ervan overtuigen dat Den Haag de beste locatie is.