Eurostat, het Europees Bureau voor de Statistiek, heeft gegevens gepubliceerd over de overheidsschuld en het begrotingstekort van de Europese Unie en de eurozone voor het tweede kwartaal van 2025.
Volgens de gegevens is de verhouding tussen de overheidsschuld en het bbp van de eurozone, die in het eerste kwartaal 87,7 procent bedroeg, in het tweede kwartaal gestegen tot 88,2 procent.
De verhouding tussen de overheidsschuld en het bbp van de EU, die in het eerste kwartaal 81,5 procent bedroeg, is in het tweede kwartaal gestegen tot 81,9 procent.
De totale overheidsschuld in de eurozone bedroeg in deze periode € 13,677 biljoen en in de EU € 15,047 biljoen.
Van de EU-lidstaten had Griekenland in het tweede kwartaal van het jaar de hoogste staatsschuld/bbp-ratio, namelijk 151,2 procent. Daarna volgden Italië met 138,3 procent, Frankrijk met 115,8 procent, België met 106,2 procent en Spanje met 103,4 procent.
De landen met de laagste staatsschuld/bbp-ratio's in deze periode waren Estland met 23,2 procent, Luxemburg met 25,1 procent en Bulgarije met 26,3 procent.
Begrotingstekort/bbp-ratio stijgt in de EU
De begrotingstekort/bbp-ratio in de EU, die in het eerste kwartaal 2,8 procent bedroeg, steeg in het tweede kwartaal naar 2,9 procent.
Van de EU-landen waren de landen met de hoogste begrotingstekorten in het tweede kwartaal Roemenië met 8,7 procent, Polen met 8,5 procent, Frankrijk met 5,4 procent, België met 4,9 procent, Oostenrijk met 4,5 procent en Kroatië met 4,2 procent.
Volgens de EU-regels mag de overheidsschuld van de lidstaten onder normale omstandigheden niet hoger zijn dan 60 procent van het bbp en mag hun begrotingstekort niet hoger zijn dan 3 procent van het bbp.
Bij overschrijding van deze limieten moeten de te nemen maatregelen aan de Europese Commissie worden gemeld en moeten er effectieve maatregelen worden genomen.
