Ambtenaren van het ministerie nemen het Verenigd Koninkrijk, dat ook kampt met een tekort aan cellen, als voorbeeld. Daar worden steeds meer gevangenen na een paar maanden vrijgelaten, nadat ze slechts een derde van hun straf hebben uitgezeten.
Dit geldt in Nederland alleen voor daders die een straf van minder dan een jaar hebben gekregen. Ook geldt strafvermindering niet voor gevangenen die zware gewelds- of zedendelicten hebben gepleegd.
Overvol en onderbezet
De gevangenissen zijn echter nog steeds overbevolkt, en de aanpak heeft niet het verwachte effect bereikt. Meerdere jaren van bezuinigingen en het afsluiten van gevangenissen, heeft een situatie gecreëerd waar je niet makkelijk uit kunt komen.
Miranda Boone, hoogleraar vergelijkende penologie en criminologie, zei dat het huidige tekort aan cellen enigszins te verwachten was. "Het zijn vooral die zware straffen die ook druk op de gevangeniscapaciteit brengen. Tegelijkertijd hebben we sinds 2013 best veel gevangenissen gesloten,” voegt ze eraan toe.
Een ander probleem waarmee gevangenissen te maken hebben, is een tekort aan bewakers. Aanvankelijk kreeg de Dienst Justitiële Inrichtingen de mogelijkheid om gedetineerden twee weken eerder dan gepland vrij te laten, maar heeft hier niet volledig van gebruikgemaakt. Zo mochten gedetineerden bijvoorbeeld maar een week eerder naar huis.
Eventuele toewijzingen van middelen
Op Prinsjesdag werd bekendgemaakt dat gevangenissen meer financiering zullen krijgen. Alleen was dit 75 miljoen euro, in plaats van de 400 miljoen die nodig zou zijn. Bovendien zal het geld worden afgetrokken van het budget voor TBS-maatregelen.
Om het tekort aan cellen op te lossen, zou het kabinet volgend jaar ook twee noodgevangenissen bouwen. Een van de complexen komt in de gemeente Peel en Maas in Limburg, waar al een gevangeniscomplex staat.